Een mooie vondst van een van onze dorpsgenoten om een (gratis Vistaprint?) spandoekje op te hangen aan de hekken van de bouwplaats van het nieuwe Sociaal Cultureel Centrum. Het spandoek roept op om de strijd te steunen, de strijd tegen dít litteken.
Maar wat verstaan wij onder een litteken? Volgens Van Dale is de definitie: "lit·te·ken het; o -s, -en teken dat ve genezen wond overblijft" Die definitie past perfect bij de oorspronkelijke spandoeken van de Brandwondenstichting die eerder aan de hekken hingen. Maar is het wel op de bouwplaats van toepassing? Wat is of was de wond?
Ik heb eerder het idee dat er voorlopig niet een litteken, maar een wond verschijnt met de bouw van het SCC in Mill. Een beschadiging van de kern van Mill (volgens Van Dale: "wond de; v(m) -en plaats waar het lichaam door een uitwendige oorzaak beschadigd is")
Maar natuurlijk begrijp ik wat de bedoeling van het spandoek — en het gebruik van het woord litteken — is. Ik kan me ook niet voorstellen dat het een aanwinst voor Mill is als op de bouwplek van nu een kolossaal modern gebouw verschijnt. Nu kunnen we nog door de hekken heenkijken en lijkt er nog wel ruimte, maar als het klaar is, is ook meteen al die ruimte opgevuld en wordt het stukje straat voor de kerk wel heel erg smal. Ook op de andere hoek ontstaat dan zo'n 'volgebouwd' dorpsgezicht. Dat wordt dan het centrum van Mill, een gebied midden in het dorp waar geen fatsoenlijke carnavalswagen meer doorheen kan. Een dorpskern waar geen plaats meer is voor de botsauto's of andere grote kermisattracties. Een beloofd plein dat absoluut niet groot genoeg is om het plein te noemen.
Ik ben bang dat er nog meer 'wonden' in Mill zullen ontstaan voordat het Centrumplan voltooid is. Het wordt afwachten of de littekens daarvan mooi zullen 'genezen'.
Deze week op Lievendag's weblog: Gehackt - Hacked - Gekraakt